Ineke Matheeuwsen

"Durf te vragen en durf aan te bieden. Durf te delen als iets niet meer lukt. Durf het gesprek te voeren."

Ooit gehoord van het 3-B-principe? Het staat voor bed, bad-brood-beneden en vormt de basis van zelfredzaamheid in je eigen huis. Ineke Matheeuwsen, ouderenwerker in Boxtel, benadrukt het belang van dit principe om ouderen in staat te stellen zelfstandig thuis te blijven wonen en minder zorg nodig te hebben. Bij een werkgroep van WoonWijs / ContourdeTwern wordt door een werkgroep Blijvend Thuis in Eigen Huis (BTEH)  woonscans uitgevoerd om te onderzoeken hoe mensen hun leefomgeving kunnen optimaliseren en behouden. Ineke: “Als je dat hebt geregeld, of gaat regelen, dan kan dat ervoor zorgen dat je thuis kan blijven wonen én minder zorg nodig hebt. En het uitgangspunt is ook om mensen zo lang mogelijk in hun eigen omgeving te laten wonen. Soms hebben mensen het geluk op een plek te wonen die perfect bij hen past. Het zou zonde zijn om deze omgeving te verlaten. Bovendien is er geen escape meer. Vroeger kon je nog naar zorghuizen toe. Alleen die hebben we niet of er is geen plek meer.”  

Ineke is een graag gezien gezicht voor ouderen in Boxtel en de kernen, en is betrokken bij diverse projecten van Woonwijs.  Zo ook Blijvend Thuis in Eigen Huis en projecten waar aandacht is voor valpreventie en vitaliteit. Een andere focus ligt nu op dementie en eenzaamheid. Twee zeer grote en sterk groeiende problemen, vertelt Ineke. “De gemeente zet nu in op het ondersteunen van mantelzorg, want die is zwaar bij dementerende ouderen. Besef dat er een verdubbeling aankomt. Tot landelijk wel 300.000 mensen met dementie.  Ik zie ze hier lopen, hè. Ik zie ze hier fietsen, ik zie ze hier tobben. De omgeving is nu zo belangrijk. En dan is mijn boodschap aan ouderen: durf je leven makkelijker te maken door te vragen.  Durf te geven, durf te delen. Vertel dat sommige dingen niet meer lukken. Vraag om hulp als je dat nodig hebt. Benoem het als je merkt dat je vergeetachtiger wordt, dan kunnen buurtgenoten je beter helpen. Ook dat helpt bij langer thuis wonen of het werk voor mantelzorgers lichter maken.” 

Van alleen naar samen

Eenzame ouderen wonen verspreid in onze gemeenten. Bij iedereen in de buurt, zegt Ineke. “Ik weet zeker dat iedereen wel iemand in zijn straat “kent” die eenzaam is. Dat kan ook een echtpaar zijn. Je moet niet altijd denken aan een alleenstaande. Als je als echtpaar altijd maar “alleen” bent, dan is er geen reuring meer. Er is sleur, het brein krijgt weinig prikkels en ook dat is belangrijk om vitaliteit te behouden. Een kop koffie en een gesprek kan daar al bij helpen. Dat we aandacht voor elkaar kúnnen hebben zag je in coronatijd heel mooi. Nu de pandemie weg is, verslapt de aandacht voor ouderen weer. Terwijl we elkaar harder nodig hebben dan ooit. Hoe we dit met z'n allen gaan redden? Volgens mij door als oudere meer te ondernemen en hulp te vragen als iets niet lukt. Als omgeving hulp te bieden en als ouders en kind het gesprek te voeren.”  
 
Dit alles is niet van de ene op de andere dag gedaan, beseft ook Ineke. “De uitdaging is dat we allemaal wat egoïstisch zijn geworden, en we willen weer terug naar samen.  Dat is een soort spanningsveld in een snelle en nieuwe wereld waar iedereen druk is. We willen eigenlijk terug naar een rustiger wereld, waar het te overzien is. Dat geldt voor ouderen maar zeker ook voor jongeren.” 

Ineke realiseert zich dat deze campagne de crisis niet gaat oplossen. Waar ze wel op hoopt, is dat ouderen zelf, hun kinderen of bekenden deze verhalen lezen en de website bekijken. Of iemand wijzen op de hulp van ContourdeTwern. “Dat kan een eerste stap zijn voor wijzer ouder worden. Verder zijn we actief met buurtondersteuners, waar we vooral kijken of er al acties zijn en hoe mensen daarbij kunnen aansluiten. En als mensen een goed idee hebben, dan kunnen we dat stimuleren. Binnenkort we willen in de wijken een soort informatiepunten “Hartjes in de wijk” gaan maken. Ik denk dat we heel praktisch moeten gaan werken. Wijkgericht en daar verbindingen maken. Is er bijvoorbeeld een wijk waar kinderen leesbevordering krijgen, dan kun je daar een oudere buurvrouw bij betrekken, zo maak je het kleinschalige groot. Of denk aan acties rondom eten en koken. Dat verbindt altijd. Maar mensen moeten wel initiatief durven nemen. In oude buurten zie je dat het makkelijker gaat. Bewoners kennen elkaar al decennia, al is het alleen al van gezicht. Maar nieuwe buren en nieuwe wijken, daar kennen mensen elkaar niet. Daar zou eigenlijk al meteen een kartrekker moeten zijn.  Iemand die connecties en verbinding kan leggen. En die kartrekkers hebben we meer en écht nodig.”  

Ineke besluit met een eigen ‘durf te vragen.’ “We hebben handen nodig. Er zijn genoeg projecten die dan van de grond kunnen komen. Maar het woord vrijwilligerswerk schrikt meteen zo af. Een vrijwillige investering in de maatschappij, dat is wat we vragen en iets wat we eigenlijk ook allemaal een beetje moeten brengen."