Het eerste “geheim” om wijs oud te worden, geeft Wim dus al direct weg. Bezig blijven. Hoe anders was dat vroeger, zegt Wim. ‘In de jaren 70 ging je al redelijk snel naar een bejaardenhuis. Je had er eten, het was er warm, je had een bed en je kon de hele dag televisie kijken. Als je daar zat, dan moest je eigenlijk niet klagen. Nu kan dat niet meer. Maar…er kan nog heel veel wél. En ik denk dat mensen, ouderen, genoeg kansen en mogelijkheden kunnen pakken. Zie jezelf als goud-grijs! Grijs van boven, met een hart, hoofd en handen van goud.’
Te laat actie
Wim heeft een scherpe blik op de keuzes die mensen maken als ze wat ouder worden. ‘Ik zie nu om me heen dat mensen worden overvallen door de realiteit. Ongemakken ontstaan soms langzaam, maar vaak komt het plotseling. En dan? Mensen zijn nu helemaal niet voorbereid op het ouder worden. Hoe dat komt? Ze leven in de waan van de dag terwijl je toch al voorbereidende stappen kunt zetten. Hou de realiteit van nu voor ogen en denk tegelijkertijd aan later. Denk bijvoorbeeld aan het levensloopbestendig maken van je woning. Daar kun je ook naar kijken als je 60 bent. Een ander voorbeeld over voorbereiden is het fietsen op een e-bike. Daar heeft een spreker voor de KBO (waar Wim lang voorzitter was) ooit een avond over verteld. Die man had een heel logisch verhaal: we zijn ouder, reageren trager, horen minder en zien slechter. Ondertussen gaan we wél sneller fietsen zónder extra maatregelen.’
Een blik in de spiegel
‘Ik denk dat mensen nog best veel hun kop in het zand steken en niet durven erkennen dat het allemaal niet meer gaat zoals je zou willen. Wat we wel doen is naar anderen kijken. Dat valt me over het algemeen wel op: we zien het allemaal héél goed voor anderen, maar niet voor onszelf. “Anderen zijn oud, maar ik niet! Ik kan alles nog…” Ik zou mensen willen meegeven: gebruik je verstand en stel jezelf kwetsbaar op. Kijk eens in de spiegel en vraag jezelf af: wat geldt voor mij? Waar heb ik – over een tijdje - hulp bij nodig? Hoe kan ik mijn leven actiever maken, meer onder de mensen komen?’
Vooral die laatste vraag is een belangrijke. We weten dat eenzaamheid stevig bijdraagt aan achteruitgang. Het is van belang te investeren in een sociaal netwerk. Maar waar te beginnen? Bijvoorbeeld door lekker bezig te blijven als vrijwilliger. ‘Ik vind dat ook een vorm van mantelzorgen’ zegt Wim. ‘Je draagt bij aan de toekomst van een ander, aan iemands welzijn. Toen ik nog voorzitter was van de KBO, stapte er op een dag een man van 82 binnen. Uiteraard heette ik hem welkom, maar waarom zou je je nu nog willen aansluiten, vroeg ik hem. “Ik ken hier niemand, heb geen kinderen en als je thuis blijft zitten wordt het leven minder waard. Op deze manier leer ik mensen kennen.” Ik denk dat het goed is om deze houding aan te nemen en actief te blijven. Ik doe zelf nog vrijwilligerswerk bij de Erfgoedvereniging, in de Parochie, ik pas op de kleinkinderen, ben betrokken bij activiteiten van de KBO en ik rijd studenten van een MBO-school (Yuverta) naar een praktijkadres. Er is genoeg te doen voor een ander.”
En daarmee ook voor jezelf…